Het is eigenlijk een ochtend zoals iedere andere, die maandag ergens in 1992. Ik ben om een uur of acht op het departement en installeer me in mijn kantoor. Jas ophangen, bakjes uit de kast halen, computer aanzetten, koffie pakken. Ik ben altijd een van de eersten en hoor dan in het daaropvolgende uur de collega’s binnendruppelen. Kort na mij komt H die ik zijn jas hoor ophangen in de kast. Meestal komt hij even bij me langs om zijn laatste roddels te delen, maar vandaag blijft hij in zijn kamertje. Hij doet de financiën bij onze directie en zit aan het begin van de gang. En daarna komt C binnen, zij is beleidsassistente en zit in de kamer naast mij. Ze groet me even kort en gaat direct aan het werk. Ze is denk ik een van de meest consciëntieuze en integere BZ-collega’s die ik ooit heb ontmoet. En dan blijft het meestal stil tot iets na negenen, wanneer de vloer volloopt met alle andere collega’s.
Getrippel
Maar vanochtend gaat het anders. Want C is nog maar net gearriveerd als ik in de verte licht getrippel hoor. Een tred die wij allemaal feilloos weten te onderscheiden. Het is het getrippel van onze gevreesde leidinggevende I. Een scherpe vrouw, klein van postuur met een dominante en pinnige manier van leidinggeven waarmee zij menigeen al voor het hoofd heeft gestoten. En ik hoor haar het kamertje van H binnen stappen. “O, H, wat fijn dat ik je gelijk vanochtend al even…” en haar stem valt weg als ik haar de deur dicht hoor doen. Er volgt wat rumoer. Ik hoor protesterende en stemverheffende geluiden van H, maar ik kan niet verstaan wat er wordt gezegd. De deur gaat weer open en ze trippelt verder. ‘Wat heeft ze met hem gedaan?’, vraag ik me af.. ‘Ze heeft hem toch niet..? En in een flits: ‘Oh nee, ze komt zometeen natuurlijk ook bij mij!’. En de spanning schiet als een pijl omhoog.
Vlakbij
Het getrippel komt steeds dichterbij. Dan hoor ik haar voetstap ineens stoppen, vlak naast me, bij de kamer van mijn buurvrouw. Ze staat even stil even voor de deur, ritselt wat met papieren en haar hand gaat naar de deurkruk. Terwijl ze de deur opent zegt haar hoge spitse stem: “Goedemorgen C”. Maar er komt geen antwoord. Ik zie haar rondkijken. En dan tegen niemand in het bijzonder: “Waar is C? Zij is toch ook al binnen rond deze tijd…?” En er is even een moment van twijfel, een lichte hapering is haar stem als ze vervolgt: “Of staat ze in de kast?”
Uit de kast
En zij is de enige leidinggevende die ik ken die daadwerkelijk een kastdeur opendoet om te checken of daar een medewerkster in staat. Die zich daar met knikkende knieën voor haar staat te verbergen. Ze doet die kastdeur open…. En kijkt recht in het gezicht van mijn collega C. Die ik vervolgens in een ‘matter-of-fact’ stem hoor zeggen: “Oh, hallo I, goedemorgen”, terwijl ze, alsof het de normaalste zaak van de wereld is, met gratie uit de kast stapt. En met even veel gemak accepteert I de situatie en geeft haar wat instructies en de papieren. Om vervolgens de kamer te verlaten. Ik zit klaar met al mijn bewapening om mijn portie kwelling te ontvangen, maar ze zegt alleen maar ‘Goedemorgen’, met een knikje, en loopt gewoon voorbij.
Tip van vandaag: Een onverwachte titel maakt een goed verhaal verrassend
Soms kun je jouw verhaal een heel andere dimensie geven door de lezer op het verkeerde been te zetten. Door een sprekende titel te kiezen, de spanning op te bouwen en de lezer een beetje in verwarring te brengen. Zo creër je een verrassingseffect. En komt jouw boodschap of clou echt uit de verf. En zo krijgt de uitdrukking ‘uit de kast komen’ een heel andere lading.
De vraag voor de lezer:
Heb je wel eens geprobeerd jouw presentatie zo te maken dat jouw publiek er plezier van krijgt?
Blijer Presenteren
Wil jij weten hoe je blijer kunt presenteren? In mijn boek deel ik allerlei tips, ervaringen en oefeningen die je direct kunt toepassen. Je kunt een gratis voorproefje van ‘Het Groot ABC voor Blijer Presenteren’ downloaden op de site.
Alle verhalen die op deze site verschijnen zijn eigendom van Dikscommuniceert en mogen alleen worden gebruikt na toestemming vooraf van de eigenaar.
Dat is zeker 25 jaar geleden,omdat ik even geen visite wilde.En een geslaagde operatie,maar later kwamen ze toch nog!!
Ik ben wel benieuwd, Jeanne, waar je je verstopt had…!