Die vroege zaterdagochtenden in Diergaarde Blijdorp, daar denk ik met veel plezier aan terug. Met tien andere cursusten voor Open Ateliers de tuin in en dan de dieren ‘zo gezond en kunstzinnig mogelijk’ op papier krijgen. Ik herinner me vooral die allereerste les nog heel goed. Want we zitten dan binnen in een van de bijgebouwtjes van de tuin, en krijgen daar een bijzonder uitdagende opdracht.
Groot
“Goedemogen! Ook al hebben we vandaag de echte exemplaren bij de hand, ga ik jullie vragen om eerst eens een groot dier uit te kiezen, en dat uit je hoofd te tekenen. En, oh ja, een gum mag je vandaag niet gebruiken”. We kijken mekaar wat lachend aan. Na wat gerommel in de groep gaan we allemaal geconcentreerd aan de slag. Bij mij komt direct een plaatje van een olifant binnen, dus daar besluit ik voor te gaan. Mijn hand gaat naar het vel papier en ik begin met ‘mijn grote dier’.
Hoe?
Terwijl ik bezig ben valt me op dat ik nauwelijks een idee heb hoe die fant nou helemaal in elkaar zit. Hoe sluiten die poten eigenlijk precies aan? Is dit wel de plek waar de oren horen te zitten? En hoe lang hoort die slurf te zijn, in verhouding tot de rest van het lijf…? Van die kolossale romp weet ik al helemaal niet hoe de vorm precies in elkaar steekt. Ik probeer zo nauwkeurig mogelijk, en zo goed en zo kwaad als het gaat, alle onderdelen van het beest vanuit mijn brein op papier te krijgen. En dat het dan ook nog ergens op lijkt.
Medelijden
Na een minuut of twintig heeft iedereen wel zo’n beetje wat op papier. Mijn buurvrouw heeft behoorlijk wat gezucht en gegiecheld in het proces, want ‘dat viel nog helemaal niet mee’. Ik kijk naar mijn platte vierkante olifant voor me op tafel en ik heb intense medelijden met het dier. De oren zitten op een bizarre plek en de slurf lijkt niet echt goed bij de rest aan te sluiten. Die romp, daar wil ik het al helemaal niet over hebben. Ik kom maar tot één conclusie: Mijn grote dier werkt niet.
Boomstammen
We leggen alle resultaten naast elkaar. Er zijn beren, buffels, leeuwen en neushoorns met precies dezelfde problematiek. Onze hersenspinsels lijken op geen enkele manier op ‘the real thing’. “Zo, die poten lijken wel boomstammen”, zegt mijn buurvrouw als ze naar mijn platte fant kijkt. En we schieten samen in de lach. Even later gaan we gewapend met plank, papier en krijt de tuin in op zoek naar ons echte dier. Als ik bij mijn olifant kom zie ik pas goed hoe perfect de natuur werkt. Mijn ogen kijken en mijn krijt schiet over het papier. Ik zie de vorm van zijn machtige kop. Kijk naar de puntige oren en de aanzet van de slurf. Snap ineens hoe de poten werken. En mijn hand maakt zomaar een realistische olifant! Wat een verschil is dat, wanneer je kijkt met je ogen in plaats van met je brein.
Tip: Houd contact met je publiek
Als je teveel in je hoofd zit, zie je niet meer wat er voor je ogen gebeurt. Je loopt bij een presentatie dan het risico dat je het contact met je publiek verliest. Blijven aankijken dus! Zodat je ook weet waar de oren zitten en je jouw boodschap daar naartoe kunt brengen…:-)
Blijer Presenteren
Wil jij weten hoe je blijer kunt presenteren? In mijn boek dat de Boekgoud Publieksprijs 2017 heeft gewonnen, deel ik allerlei tips, ervaringen en oefeningen die je direct kunt toepassen. Lees er meer over in ‘Het Groot ABC voor Blijer Presenteren’.
Alle verhalen die op deze site verschijnen zijn eigendom van Dikscommuniceert en mogen alleen worden gebruikt na toestemming vooraf van de eigenaar.